Hysterie over een volstrekt redelijke motie van Bente Becker

Gepubliceerd op 11 december 2024 om 15:14

De ene na de andere fractieleider heeft zich de afgelopen dagen geëxcuseerd voor zijn steun aan de motie-Becker. Wat zij kort geleden nog een goed idee vonden is opeens een ’polariserend’ (Mirjam Bikker, CU) en zelfs racistisch voorstel waarin ’migranten als zondebok’ (Jimmy Dijk, SP) worden opgevoerd. Spijtbetuigingen in filmpjes en verklaringen zijn ingezet om de ’grote fout’ recht te zetten. De openbare boetedoening wijst op paniek en een hysterische cancelcultuur.

 

Als vervolg op het integratiedebat diende VVD-Tweede Kamerlid Bente Becker op maandag 25 november een motie in, die het kabinet oproept om meer inzicht te verschaffen in de culturele integratie van migranten en hun kinderen.

Omdat we in Nederland immigranten niet (meer) aan hun lot willen overlaten, onderzoekt het CBS of zij kunnen meekomen in hun nieuwe omgeving. Hebben ze werk of een uitkering? Spreken ze de Nederlandse taal? Hoe doen hun kinderen het op school? Hoe vaak komen migranten terecht in de criminaliteit? Het CBS verzamelt die gegevens anoniem en bouwt daar inzichtelijke statistieken van. Zo kan de politiek zien wat goed gaat en waar extra aandacht nodig is omdat het nog niet goed gaat.

 

Waar het bij het CBS gaat om concrete aantallen, doet het Sociaal- en Cultureel Planbureau (SCP) vooral onderzoek naar de beleving van mensen. Ook van migranten en hun kinderen. Zo publiceerde het SCP begin dit jaar een onderzoek waaruit bleek dat mensen met een migratieachtergrond zich slecht of helemaal niet vertegenwoordigd voelen door de politiek. Een zorgwekkende uitkomst die vraagt om actie. Niemand betwijfelt de zin - of zelfs de noodzaak - van dit onderzoek.

Er gaat veel goed met de integratie van migranten in Nederland, maar vanzelfsprekend is een goede integratie niet. Van over de hele wereld komen mensen naar ons land. Zij kunnen culturele en religieuze normen en waarden meenemen, die soms haaks staan op de normen en waarden van het land van aankomst. Dat kan zeer problematisch uitpakken.

Zo speelde er deze week een zaak in hoger beroep waarbij een vrouw al zestien jaar gevangen zit in haar islamitische huwelijk. Zij is voor de Nederlandse wet gescheiden, maar haar ex-man weigert het religieuze huwelijk - volgens Pakistaans recht - te ontbinden. Huwelijkse gevangenschap betekent dat deze vrouw in Nederland geen kant op kan. En zij is niet de enige.

 

Eerwraak

De politie registreerde vorig jaar 619 gevallen van eerwraak. Geweld tegen met name vrouwen omdat de familie-eer geschonden zou zijn. Bij ruim een kwart van de gevallen gaat het volgens de politie om Syrische gezinnen. Daarnaast zijn de meest voorkomende achtergronden Turks, Marokkaans en Afghaans. De politie vraagt zich inmiddels hardop af of er tijdens de inburgering wel voldoende aandacht is voor ’eergerelateerd geweld’.

Culturele en religieuze normen en waarden worden in veel gevallen doorgegeven aan volgende generaties. De verwachting in de jaren zeventig en tachtig dat de kinderen van de eerste generatie migranten - en ook weer hun kinderen - minder religieus zouden zijn dan hun ouders is niet uitgekomen. Religieuze en culturele normen en waarden worden op aantal manieren juist heel actief doorgegeven.

 

Vrijheid van godsdienst?

Zo onthulden Nieuwsuur en NRC in 2019 dat ons land ruim vijftig salafistische moskeescholen telt waar kinderen wordt geleerd dat mensen met een ander geloof of levensovertuiging de doodstraf verdienen. Kinderen die een toekomst in onze samenleving tegemoet gaan wordt strikte segregatie opgelegd. Daarbij is ieder contact of uitwisseling met niet-moslims en onvoldoende strenge moslims verboden.

Het is een ernstige ontwikkeling met serieuze gevolgen voor de samenleving en voor de ontwikkeling van deze kinderen. De scholen opereren onder de vrijheid van godsdienst en onderwijs. Net als de imam die in de Haagse As-Soennah moskee van de Raad van State mag oproepen tot vrouwenbesnijdenis.

Het is belangrijk voor de maatschappelijke samenhang om te weten hoe nieuwkomers denken over individuele rechten, de gelijkwaardigheid van mannen en vrouwen, homoseksualiteit en religieuze verdraagzaamheid. Onderzoek ernaar kan heel goed aantonen dat de meesten deze zaken gewoon respecteren. Maar signalen uit de samenleving en de bovengenoemde voorbeelden geven aan dat dat zeker niet voor alle nieuwkomers geldt. Juist ook om het niet aan de onderbuik over te laten, is zo’n periodiek onderzoek van grote waarde. Dat is wat het voorstel van Bente Becker beoogt.

 

Verontwaardiging

Voor de motie van veertien regels hadden de Tweede Kamerleden ruim een week leestijd. Op 3 december werd er gestemd en kreeg het voorstel een ruime meerderheid van de vier regeringspartijen plus CDA, CU en SP.

En toen kwamen in een zee van verontwaardiging de klachten. GL/PvdA-fractievoorzitter Frans Timmermans (die tegen had gestemd) noemde de motie ’een dieptepunt in de parlementaire geschiedenis’. De meestemmers werden bestookt met emails, socialemediaberichten en krantenstukken die schande spraken van het feit dat in de Becker-motie over integratie alleen gesproken werd over onderzoek naar mensen met een migratieachtergrond. Binnen no time werd Becker beschuldigd van racisme.

In de Volkskrant kreeg zij het predicaat ’schedelmeter’. De associatie met racisme zorgde voor paniek bij voorstemmers SP, CU en CDA. In een ongebruikelijk filmpje zei SP-voorman Jimmy Dijk dat zijn partij de motie niet goed gelezen en niet goed doordacht had. Boze brievenschrijvers verweten hem te heulen met extreemrechts. De SP-er nam afstand van de motie met de woorden dat ’dit kabinet alles doet om van migranten een zondebok te maken’.

 

Pathetische kitsch

Ook CDA-er Henri Bontenbal had ’de pijn in het land gezien’ en ’dat liet hem niet onberoerd’. Ook Bontenbal had diep berouw over zijn steun aan de motie en putte uit zijn ruime voorraad pathetische kitsch met de woorden: ’mijn partij wil nooit tegenstellingen vergroten, maar wil juist bijdragen aan verbondenheid in de samenleving.’

Terwijl deelname aan onderzoeken van het SCP altijd anoniem en vrijwillig zijn, werd er gedaan alsof iedereen met een migratieachtergrond een ambtenaar aan z’n deur zou krijgen, om te registeren hoe er achter de voordeur over normen en waarden wordt gedacht. Op hoge toon vroeg de presentatrice van de EO-televisie aan NSC-staatssecretaris Teun Struycken wat híj daar wel niet van dacht. Ook bij Struycken brak het klamme zweet uit. ’Tsja, misschien hebben we het niet goed gelezen of niet goed begrepen wat er precies staat’, hakkelde de staatssecretaris zich een weg door het onderwerp.

 

De beeldvorming regeert

Het SCP doet voortdurend onderzoek naar bepaalde groepen. Zo is er een apart onderzoek naar de moeilijke integratie van Eritrese statushouders. Is dat discriminatie van immigranten uit Eritrea of racisme? Nee, er wordt onderzoek gedaan, om te kijken wat er verkeerd gaat en hoe het beter kan. Maar een aanzet om dat onder een grotere groep mensen met een migratieachtergrond te doen is ’een dieptepunt in de parlementaire geschiedenis’.

Wat we zien zijn bange politici die terugkomen op hun steun aan een volstrekt redelijk en goed bedoeld voorstel, om integratieproblemen op te lossen. Maar bij bange politici regeert de beeldvorming. GL/PvdA staat al lang met z’n rug naar de samenleving met de ontkenning dat er überhaupt een integratieprobleem is. De spijtoptanten van CDA, CU, SP en NSC vinden het belangrijker zich van dit kabinet te distantiëren dan aan ongemakkelijke problemen te werken. En dan ook nog moties niet kunnen lezen of begrijpen. De vraag is of kiezers het stemgedrag van deze vier partijen nog wel serieus moeten nemen.

 

Deze column verscheen op11 december 2024 in De Telegraaf

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.