’Radicaal-rechts’ is in de mode. Er wordt wat af gewaarschuwd in kranten, op nieuwssites en door de politieke oppositie. Alsof met het kabinet-Schoof de zwartste tijden van onze vaderlandse geschiedenis zijn aangebroken. D66, Denk, Volt, SP en PvdA/GL roepen om het hardst racisme over een aantal leden van het kabinet. En kranten zoals de Volkskrant en NRC varen dagelijks uit over dat de democratie, de rechtsstaat en de beschaving op hun eind lopen. De progressieve goegemeente vertoont symptomen van collectieve hysterie.
Het spreek vanzelf dat machthebbers zonder reserve gecontroleerd en bekritiseerd moeten worden. De kritiek dient soms hard zijn en altijd onbevreesd. En als oppositiepartijen en journalisten denken dat zij het belang van de samenleving met hun huidige aanpak een dienst bewijzen moeten ze vooral doorgaan op de ingeslagen weg. Die weg is er een van angst verspreiden voor het nieuwe kabinet en persoonlijke aanvallen op bewindslieden.
De PVV-ministers Marjolein Faber (Asiel en Migratie) en Reinette Klever (Ontwikkelingshulp) hadden nog geen dag op hun departement doorgebracht of zij kregen van de linkse oppositie al een motie van wantrouwen aan hun broek. Aanleiding waren eerdere uitspraken over de demografische verandering van Nederland. Faber en Klever hebben die verandering in het verleden gekoppeld aan de zogeheten ’omvolkingstheorie’. Deze theorie gaat ervan uit dat elites het doel nastreven de autochtone Nederlanders te vervangen middels massa-immigratie. Een samenzweringstheorie dus.
Afstand genomen
Tijdens hun verhoren hebben Faber en Klever in het openbaar afstand genomen van die theorie. Hoe geloofwaardig dat was, is de vraag. Maar het verwijt dat Faber en Klever gemaakt kan worden is eerder dat zij een complottheorie voor waar hielden (of nog houden?), dan dat zij racisten zouden zijn. Want dat de demografie van ons land verandert is een gegeven. Links Nederland is dol op de multiculturele samenleving, maar noem dat vooral geen demografische verandering.
Wie de regeringsverklaring en de plannen leest kan dit kabinet moeilijk een extremistisch kabinet noemen. Dat geldt ook voor de bewindslieden. Zoals daar zijn: Judith Uitermark (NSC) op Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties, Eelco Heinen (VVD) op Financiën en David van Weel (VVD) als minister van Justitie en Veiligheid. Gaat u ter kennismaking het rijtje maar eens af.
Watermerk
Echter de focus van de politieke en journalistieke oppositie tegen het kabinet-Schoof richt zich volledig op de personen Wilders, Faber en Klever. Zij worden gezien als het watermerk van deze regering. Met hen kan de oppositie uit de voeten. Deze drie zijn uitgekozen om van het kabinet-Schoof een radicaal-rechts (dan wel extreemrechts) kabinet te maken.
En de progressieve pers blaast het deuntje mee. Als achtergrondverhaal bij het nieuwe Nederlandse kabinet lezen we in NRC een interview met een Portugese politicoloog, die niet toevallig concludeert dat „als extreemrechts regeert de haat groeit.” Dat u weet wat u te wachten staat. De verkiezingswinst van de PVV en het nieuwe kabinet brengen Volkskrant-columniste Marcia Luyten tot de overtuiging dat verkiezingen en volksraadplegingen niet meer van deze tijd zijn. Onder invloed van sociale media kiezen burgers maar de verkeerde leiders, vindt zij.
NRC komt op de dag van de kabinetsbeëdiging met een interview met de twee bestuursleden van de JOVD die zich al eerder tegen de samenwerking met de PVV hadden uitgesproken. Kop: ’Zij beloofden extraparlementair, maar we kregen extra racistisch’. Aldus de JOVD.
BnnVara gooit er een campagne tegenaan. ’Er zijn politici die bevindingen van journalisten framen als fake nieuws’ of anderszins ’aanjagen dat journalisten online en op straat worden uitgescholden’. Gedoeld wordt op Geert Wilders en Dilan Yesilgöz. De laatste kwam als minister van Justitie op voor haar politiemensen toen die werden aangevallen door Tim Hofman van BnnVara. En Wilders heeft in 2021 getwitterd dat journalisten „tuig van de richel zijn, uitzonderingen daargelaten.” Dat Wilders en Yesilgöz nu samen een kabinet ondersteunen, vindt de omroep ’zorgwekkend en angstaanjagend’.
Inhoudelijk gevecht
Zorgwekkend en angstaanjagend, zo moet Nederland zich voelen over het nieuwe kabinet. Het lijkt er niet op dat de tegenstanders van dit kabinet snel zullen overgaan op een meer inhoudelijk gevecht. Daar is voor de oppositie gewoonweg te weinig te halen: te weinig aandacht van de pers, te weinig clicks. En dus blijft het gaan over personen, uitspraken van vroeger en andere verdachtmakingen.
En daarmee lijkt de aanpak opvallend veel op de obsessie van de Amerikaanse pers en de Democraten na de verloren verkiezingen van 2016 en de entree van Donald Trump in het Witte Huis. De nieuwsberichten bij CNN, The New York Times en The Washington Post, de commentaren en de vragen van journalisten gingen vier jaar lang over de verdachtmaking dat Trump zou hebben samengewerkt met de Russen . De gezamenlijke zoektocht naar alles wat kon bijdragen aan negatieve beeldvorming over Trump werd het Trump-derangement-syndroom genoemd. Een collectieve psychose met louter negatieve berichten over het ’ultieme kwaad’ Trump. Daar begint de hetze tegen het kabinet-Schoof al aardig op te lijken.
Deze column verscheen op 11 juli 2024 in De Telegraaf
Reactie plaatsen
Reacties