Journalisten zijn geen dominees

Gepubliceerd op 20 april 2022 om 15:22

Het ging vrijdag mis op de radio bij BNR tussen RTL-correspondent Olaf Koens en Telegraaf-verslaggever Wierd Duk. Ik ken beide heren persoonlijk en waardeer hun werk. Dus zat ik klaar voor hun inzichten over Rusland en de oorlog in Oekraïne.

Maar het gesprek ging al snel over iets anders. Koens verweet Duk Kremlin-propaganda en het verspreiden van complotten. Dat liet Duk zich niet zeggen en achter de clash die volgde, ontwaarde ik een groter en bitter gevecht, dat precies aangeeft wat er mis is met de journalistiek.

Kort gezegd kwam de uitval van Koens erop neer, dat Duk te lang begrip zou hebben getoond voor de autoritaire Vladimir Poetin en dat hij geen interviews had mogen doen met mensen als emeritus-hoogleraar en voormalig NRC-correspondent Karel van Wolferen. Deze man gelooft heilig dat Amerika de kwade genius achter alle ellende in de wereld is en hij moet zodoende niks hebben van Poetin als dader van de aanslag op de MH-17 en als aanstichter van de oorlog in Oekraïne.

Buk-raket

Het interview met Van Wolferen stamt uit oktober 2016, een maand na de eerste bevindingen van het Joint Investigation Team inzake MH-17. Het onderzoeksteam stelde met zekerheid vast dat het vliegtuig met een Russische Buk-raket is neergeschoten. Van Wolferen geloofde het onderzoek niet en Wierd Duk ondervroeg hem daarover en over de oplopende spanningen in de relatie tussen Rusland en het Westen.

Duk was nieuwsgierig naar de argumenten van Van Wolferen en gaf zo nu en dan tegengas. Maar volgens Koens hielp Duk mee aan het ’verspreiden van complotten’ en ontkrachtte hij met Van Wolferen de conclusie dat het vliegtuig naar beneden was gehaald met een Russische Buk-raket.

Koens en anderen gaan er bovendien van uit dat Duk dat met opzet deed. Wat vervolgens naadloos aansluit op de verdachtmaking dat Wierd Duk eigenlijk een vriend van Poetin is. Een insinuatie die hem de kwalificatie Putinversteher heeft opgeleverd.

Het is een scheldwoord voor hen die te veel begrip zouden tonen voor het doen en laten van de Russische president. Maar uit het Duits vertaald staat er letterlijk ’iemand die Poetin begrijpt’. Niet in de betekenis van het goedpraten van zijn daden, maar als inspanning om te bevatten wat Poetin beweegt. Duk is bijna tien jaar correspondent geweest in Rusland, hij spreekt de taal, en zijn kennis van het land en de geschiedenis van Rusland wordt alom erkend.

Kruistocht

Je zou zeggen dat het doorgronden van Poetin niet alleen het terrein is van westerse inlichtingendiensten en waardevolle Rusland-experts als Mark Galeotti, maar ook van goed ingevoerde journalisten als Wierd Duk. De motieven van Poetin en zijn betekenis voor Rusland verdienen elke grondige analyse.

Desondanks is het in bepaalde kringen een hobby geworden om Duk zonder onderbouwing of bewijs voor van alles en nog wat uit te maken. Uit die kwaadsprekerij stijgt een onverdraagzaamheid op, die doet denken aan de kruistocht tegen Elma Verheij en Gerard van Westerloo na de publicatie van hun roemruchte reportages over de Amsterdamse trambestuurders van lijn 16.

Zij tekenden in 1984 voor Vrij Nederland op wat de trambestuurders over hun werk te melden hadden en zetten zo het groeiende onbehagen met de multiculturele samenleving in een fel daglicht. Verheij en Van Westerloo werden door collega’s en vrijwel de gehele progressieve goegemeente uitgemaakt voor racisten en fascisten, omdat ze mensen aan het woord hadden gelaten die de verkeerde dingen zeiden. Een advocate onderzocht zelfs of er een rechtszaak tegen de twee journalisten kon worden aangespannen.

Twee maten

Nog altijd voelen veel journalisten de noodzaak onderscheid te maken tussen politiek gewenste en ongewenste verhalen. Redacties zoeken er de juiste mensen bij. Tijdens het presidentschap van Donald Trump mochten anti-Trumpers als advocaat Michael Avanati en oud-CIA-baas John Brennan bij de grote kabelzenders CNN en MSNBC avond aan avond, zonder weerwoord, leeglopen over hun vermoedens en inschattingen die Trump in een kwaad daglicht moesten plaatsen.

Er is onder het journaille verontwaardiging alom als Geert Wilders in een zeldzaam interview niet hard genoeg wordt aangepakt, maar een jubelende documentaire over Sigrid Kaag of een kritiekloos televisiegesprek met Frans Timmermans of Rob Jetten is voor deze mensen geen probleem. Er wordt gemeten met twee maten.

Storytelling

Gebalanceerde verslaggeving is uit de mode. Niks verschillende kanten belichten, een journalist moet stelling nemen, meent Olaf Koens in gesprek met het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek. Storytelling is het devies, verhalende journalistiek om kijkers en lezers te ráken.

Het grote gevaar van verhalende journalistiek is dat er geen plaats is voor de feiten die het verhaal niet ten goede komen. Daarmee neigt de journalist naar een eenzijdig verslag wanneer andere feiten, ervaringen of meningen misschien wel relevant zijn, maar niet ’in het verhaal passen’.

Het mag de kijker en de lezer dan misschien wel raken, maar welke dienst bewijzen journalisten hun met één kant van het verhaal? En wat moet ik met het verslag van iemand die mij in een bepaalde richting wil laten denken?

Geloofwaardigheid

De journalist Koens neemt hier misschien iets te veel hooi op zijn vork. De wereld beschrijven is al moeilijk genoeg en de feiten in een oorlog zijn gruwelijk op zichzelf. Geef me zoveel mogelijk informatie en laat het gerust aan mijzelf over wat ik daarvan vind.

De journalistieke ruzie tussen Olaf Koens en Wierd Duk komt voort uit de verwachting – nee, uit de eis – dat journalisten de juiste stelling dienen te betrekken. Maar als het oordelen en veroordelen onderdelen van het nieuws zijn, worden journalisten dominees en ondergraven zij hun eigen geloofwaardigheid.

 

Deze column verscheen op 13 april 2022 in De Telegraaf

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.