Kiezer: geen alternatief voor Rutte

Gepubliceerd op 9 april 2021 om 18:39

De verkenning naar een nieuw kabinet is hervat. Informateur Herman Tjeenk Willink voert vandaag een tweede ronde gesprekken met fractievoorzitters. Om notulisten niet opnieuw gevaarlijke aantekeningen te laten maken, gaan de gesprekken over politiek inhoudelijke raakvlakken. Voorkeuren voor partijen en poppetjes zijn van latere zorg.

Hoewel de impasse hardnekkig lijkt, benadrukken alle partijen dat de uitweg vertrouwen is en dat vaart in de voortgang geboden is. Grote problemen zoals de coronacrisis, de woningnood en het klimaat wachten met ongeduld op een slagvaardig nieuw kabinet.

De gesprekken met Tjeenk Willink mogen dan expliciet niet over de poppetjes gaan, voor één persoon wordt buiten alles om een uitzondering gemaakt: uiteindelijk draait de impasse om wel of geen vierde kabinet-Rutte.

Het wensdenken over een vertrek van Mark Rutte leidt al dagen tot scenario’s die ons voor mogelijk worden gehouden, maar die feitelijk geen kans van slagen hebben. Al is de roep om een kabinet zonder Rutte nog zo luid, de kans daarop is zo goed als verkeken, als die er al was. Dit zijn de meest genoemde scenario’s en hun kansen.

Een kabinet zonder de VVD. Daarbij neemt Sigrid Kaag de leiding. Zij heeft herhaaldelijk geroepen een zo ’progressief mogelijk’ kabinet te willen en als iedereen wil, ziet dat er dan zo uit: D66 (24 zetels), CDA (15) PvdA (9), SP (9) GroenLinks (8), PvdD (6), Volt (3) en ChristenUnie (5). Zeven partijen en een meerderheid van 79 zetels. Een onmogelijke combinatie, omdat de SP altijd al te links is voor D66, het CDA en mogelijk ook voor de ChristenUnie.

Nieuwe verkiezingen. De hoop bij hen die nieuwe verkiezingen willen – zoals PVV-leider Geert Wilders – is dat Rutte zal worden afgestraft door de kiezer en zo het premierschap verspeelt. Maar een demissionair kabinet kan geen nieuwe verkiezingen uitschrijven en voor de meeste volksvertegenwoordigers zijn nieuwe verkiezingen – drie weken na de vorige – een ondenkbaar alternatief. Het zou het vertrouwen in het oplossend vermogen van de volksvertegenwoordiging verder aantasten en het is nog maar de vraag of nieuwe verkiezingen de zo gewenste uitkomst opleveren.

Een derde scenario is een kabinet met de VVD, maar zonder Mark Rutte. Rutte bedankt voor de rol van premier en schuift iemand anders voor die post naar voren. Een veel gehoorde naam in dit scenario is die van Edith Schippers. Zij is zeven jaar minister onder Rutte geweest en is tegenwoordig directeur van DSM Nederland. Rutte zelf kan in de Tweede Kamer blijven als fractievoorzitter van de VVD. Bolkestein ging hem in deze constructie voor.

Dit laatste scenario is geheel aan de VVD en Rutte zelf. De motie van wantrouwen haalde het vorige week in de Kamer niet. De demissionaire premier heeft weliswaar een flinke reprimande aan zijn broek, maar de Tweede Kamer stuurde hem niet weg. Daarbij heeft Rutte een mandaat van de kiezer gekregen voor nog eens vier jaar.

De roep om het vertrek van Rutte is een optelsom van tien jaar, waarin hij meerdere keren betrapt is op onwaarheden en een selectief geheugen. Daarbij komt dat Rutte als de personificatie wordt gezien van de besloten bestuurscultuur, waarin hij het parlement met een kluitje het riet in stuurt en de overheid hetzelfde doet met haar burgers. Zoals de Belastingdienst deed in het toeslagendrama bij de kinderopvang.

Met deze praktijken moet het afgelopen zijn en het ophoepelen van Rutte is voor zijn critici een onvermijdelijke eerste stap in de goede richting.

Maar over die tien jaar Rutte heeft de kiezer net zijn oordeel gegeven. En dat oordeel lijkt uit meer te bestaan dan zijn omgang met het parlement en het toeslagendrama. Mogelijk heeft Rutte prestaties verricht en kwaliteiten op zijn naam die voor kiezers zwaarder wegen. Rutte is beloond voor die tien jaar en kreeg op 17 maart van alle kandidaten het meeste vertrouwen onder de bevolking.

Dus, hoe leg je de winnaar van de verkiezingen uit dat hij geen premier mag worden? Door hem aan te rekenen dat de aantekening ’Positie Omtzigt functie elders’ weliswaar niet van hem was, maar hij het wel met de verkenners een moment over Pieter Omtzigt en het CDA heeft gehad? En dat hij daar vervolgens ’naar eer en geweten over gelogen heeft’? Het is zoals Jesse Klaver vorige week tijdens het debat zei: het is de optelsom van onwaarheden en selectief herinneren die Rutte nu in de problemen brengt.

Maar daarmee was door de kiezer nu net ’afgerekend’. Het gaat hier om de nieuwe feiten uit de verkenningsronde van Annemarie Jorritsma en Kajsa Ollongren.

Het is een mooi voornemen om het in de verkenningsfase uitsluitend over de inhoud en de raakvlakken te hebben. Maar ook onder leiding van Tjeenk Willink zal men snel uitkomen bij het liberale ’motorblok’ van de winnaars VVD en D66. In de fase die volgt wordt het CDA besproken en de stabiliteit in die partij. Omtzigt is een megafactor binnen het CDA. In zijn strijd voor meer transparantie, meer tegenmacht en een oplossing voor de getroffen ouders in de toeslagenaffaire stond Omtzigt er in het CDA zo goed als alleen voor. En dat was niet toevallig.

De winst van de afgelopen week is dat termen als tegenmacht en transparantie een begrip zijn geworden en dat Rutte onder verscherp toezicht staat van de volksvertegenwoordiging en van toekomstige coalitiepartners. Dat is een goede zaak. Maar een echt alternatief voor Rutte IV is niet voorhanden. En laat de kiezer dat nou zo beslist hebben.

 

Deze column verscheen op 7 april 2021 in De Telegraaf

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.