In steeds groteren getale tonen multinationale ondernemingen sociale en maatschappelijke betrokkenheid. Zo zien we nu in de Pride-maand juni bedrijven zich in regenboogkleuren hijsen en zich solidair verklaren met homo’s, lesbiennes, transgenders en alle andere non-hetero’s uit de rijtje LGBTQ+. Maar hoeveel van die betrokkenheid is echt?
De Amerikaanse multinational Procter & Gamble is een van velen die z’n Twitter-account deze maand gewijd heeft aan Pride. Om er geen gelegenheidsengagement van te maken verduidelijkt P&G in een bericht, dat zij geloven dat Pride meer is dan een moment: ’We streven ernaar om het hele jaar door een voorvechter van LGBTQ-zichtbaarheid te zijn. Daarbij gebruiken we onze stem om acceptatie, inclusie en liefde voor de mensheid te stimuleren.’
Daar hoef je niet meteen mee aan te komen op een aandeelhoudersvergadering, maar het is een statement dat ’deugt’ en waar niemand op tegen kan zijn. Het account heeft ruim 200.000 volgers. Het zou mooi meegenomen zijn als de woorden een steun betekenen voor jonge mensen die hun geaardheid nog angstvallig verborgen houden en deze bedrijfsethiek toevallig tegenkomen in de etalage van Procter & Gamble.
Veel westerse samenlevingen zijn aardig op weg, maar verbeteringen in de acceptatie van non-hetero’s verdienen ons aller steun. Toch is het meeste werk op dit terrein te doen in landen als Rusland en China en in het Midden-Oosten. Voor LBGTQ-rechten is daar nog een hele wereld te winnen.
Om die reden is het verbazingwekkend dat op de Twitter-pagina P&G Saudi Arabia de acceptatie, inclusie en de liefde voor homo’s, lesbiennes en transgenders door de multinational volledig ónzichtbaar zijn gemaakt. Geen regenboogvlag, geen woord over Pride.
Gaat P&G ervan uit dat er in Saoedi-Arabië geen homo’s en lesbiennes zijn? Of wil de multinational de autoriteiten en de sharia niet voor de voeten lopen, die homoseksualiteit streng veroordelen en de enkeling opsluiten, die durft op te komen voor LGBTQ-rechten?
Dezelfde selectieve betrokkenheid zien we bij autofabrikanten Mercedes-Benz en BMW. De regenboogkleuren van het Nederlandse Twitter-account van Mercedes-Benzverdwijnen als sneeuw voor de zon op het account van Mercedes-Benz Middle East.
En ook bij BMW zijn de Pride-kleuren in het logo verdwenen op het account van BMW Middle East.
Ik begrijp best dat LGBTQ-rechten in het openbare leven in het Midden-Oosten een minder populair onderwerp is, maar als ergens non-hetero’s de morele steun van multinationals kunnen gebruiken dan is het daar.
Het Nederlands-Britse concern Unilever staat zich ook graag voor op sociale en maatschappelijke betrokkenheid die verder gaat dan het directe belang van aandeelhouders. Zo ondertekent het bedrijf deze maand een wereldwijde steunbetuiging aan LGBTQ-rechten, wordt er geld gestoken in Pride-evenementen en onderstreept Unilever op een speciale website nog maar eens dat het geen enkele vorm van racisme of discriminatie tolereert.
Maar hoe brengt Unilever deze mooie woorden in de praktijk in een land als Iran, waar het zeep en andere producten maakt. In Iran worden vrouwen behandeld als tweederangsburgers en staat op homoseksualiteit de doodstraf. Dat zijn niet zomaar vormen van discriminatie; dat zijn misdaden tegen universele mensenrechten en ernstige bedreigingen voor vrouwen en homoseksuelen in Iran.
Wat blijft er in dat land over van Unilevers wereldwijde solidariteit met mensen in de knel? Klopt de onderneming op de deur van het Iraanse ministerie van Economische Zaken, om te protesteren tegen de schending van vrouwenrechten en de doodstraf voor homoseksuelen? Zegt het concern tegen de Iraanse autoriteiten: ’Wij tolereren dit niet en vertrekken uit uw Iran’?
Unilever zit er al 18 jaar en lijkt – in hun betrokkenheid met vrouwen, homoseksuelen en andere minderheden – voor Iran een uitzondering te maken.
Dat brengt ons bij de vraag wat we moeten geloven van alle steunbetuigingen en morele hoogstandjes van het internationale bedrijfsleven? Ik denk niet veel. Een statement maken is snel geschreven en doet het imago goed. Morele betrokkenheid is marketing. Deugen is het risicoloos meeliften op de golven van het morele gelijk. Maar ’inclusie en liefde voor de mensheid’ worden probleemloos ingeleverd zodra de omzet in gevaar komt in landen die niet gediend zijn van dat engagement.
Deze column verscheen op 9 juni 2021 in De Telegraaf
Reactie plaatsen
Reacties